15 maart 2009

Grensgevallen

Het interieur is een vertaling en extensie van de mens en zijn innerlijk. Het interieur is dus het exterieur van de mens en zijn gemoed, maar weer het interieur van de architectuur. De architectuur is een extensie van het interieur. Het landschap een extensie van de architectuur.

De architectuur vormt een grensgebied tussen het interieur en het landschap en dient tevens als dubbelzijdige façade. Het interieur vormt een grensgebied tussen de architectuur en de mens. Deze gebieden zijn dus eigenlijk allemaal grensgevallen, concreet met een binnen- en een buitenkant. En vanuit binnen gezien is de binnenkant binnen en de buitenkant buiten. Maar wat is buiten en wat is binnen?

Mijn gevoel zegt dat de ruimte die groter is, altijd buiten is. Buiten is immers oneindig. Dus interieur is de afgebakende omgeving zoals ik deze ervaar. Maar ook buiten kan een interieur vormen. Zo krijgt buiten spelen een heel andere betekenis, want op de wereldbol zijn de steden interieurs. In de steden is de architectuur het interieur. In de architectuur zijn de interieurs interieur. In het interieur is de inrichting interieur. In de inrichting is de inwoner het interieur. De mens als kern.

Ik stoei nog altijd met de vraag wat interieur precies voor mij betekent. Elke keer als ik over een grens gluur, val ik met mijn neus voorover in een nieuwe, verrassende wereld. Gelukkig blijven mijn voeten altijd aan de ontwerpersgrond genageld staan.

Geen opmerkingen: